zondag 30 oktober 2011

Op een gewone zondagochtend


Ik zie hem staan als ik de gordijnen open doe. Hij kijkt naar ons huis. Waarom? Ken ik deze man?
Ik kan hem niet goed zien. Hij heeft een lange jas aan en een muts op zijn hoofd. Niets bekends in ieder geval. Hij kijkt naar mij en ziet dat ik naar hem kijk. Hij draait zijn hoofd weg en loopt langzaam een paar stappen verder. Hij heeft een wandelstok, maar gebruikt hem verkeerd. Hij heeft dat ding niet nodig. Dat zie ik zo. Na die paar passen draait hij zich weer half om. Kijkt nogmaals naar ons huis. Ik sta nu iets meer verscholen dus hij ziet me denk ik niet. Hij kijkt op zijn horloge en draait zich weer om. Weer een paar stappen en hij kijkt weer. Weer kijkt hij recht naar ons huis om vervolgens om zich heen te kijken. Doet weer een paar passen zonder echt gebruik te maken van de wandelstok. Dan, terwijl hij loopt, steekt hij zijn rechterhand in zijn jaszak en daarmee de stok van de grond halend. Hij loopt gewoon door en het oogt helemaal goed, zo hard heeft deze man die stok niet nodig. Dat is duidelijk. Zijn hand komt weer uit zijn jas te voorschijn. Een mobieltje? Ja, volgens mij heeft hij nu een mobieltje in zijn hand die hij openklapt. Wat zal hij doen? Hij belt er niet mee. Zal hij daarin opschrijven hoe laat hij zag dat de gordijnen hier opengingen? En dat ik vandaag alleen lijk te zijn? Hij klapt het mobieltje weer dicht en stopt hem weer in zijn zak. Al die tijd is hij gewoon doorgelopen zonder zijn wandelstok echt te gebruiken.
Dan staat hij weer stil en wederom draait hij zich om en kijkt nogmaals naar ons huis. Ik begrijp het niet. Zo bijzonder is het huis niet en het staat niet te koop of iets. Dan draait hij zich weer om en loopt nog een klein beetje verder. De wandelstok raakt de grond weer maar echt gebruiken doet deze man hem niet. Een paar meter verder blijft hij weer staan. Bij de bushalte dit keer. Kijkt om zich heen. Kijkt nogmaals naar het huis. Ik kan hem niet goed meer zien, hij staat wat verborgen in dat bushokje en bomen beperken mijn zicht.
Een kwartiertje later kijk ik nog eens naar buiten. De man staat daar nog steeds te staan. Wat is dat toch vraag ik me af. Zou hij echt ons huis in de gaten houden? Of is dat maar toeval? Het zit me niet lekker en ik vertrouw het niet daarom blijf ik maar kijken. Waarom ben ik zo achterdochtig? Wie is deze man? Ik herken hem ook helemaal niet. Zou hij hier ooit gewoond hebben?
 Dan komt er een bus aangereden. De man stapt in.
©JaneOnira

Geen opmerkingen:

Een reactie posten