dinsdag 31 januari 2012

Joepie, wat ruik ik toch weer lekker!


Geurtjes. Luchtjes. Ik ben er dol op. Als het tenminste lekker ruikt.
De geur van versgebakken brood.
De geur van een versbereide maaltijd.
De geur van net gebakken koekjes.
De geur van wierook.
De geur van boeken.
De geur van iemand van wie je houd.
De geur van verse bloemen.
De geur van die bodylotion.
De geur van dat parfum.
Ik zou het lijstje langer kunnen maken. Iedereen zal een andere lijst hebben. Geur is persoonlijk. Wat vind jij nou echt lekker ruiken?
Ik ben dol op dingen die in mijn neus lekker ruiken. Daar kan ik ook zo blij van worden. Wat lijkt het me dan ook vervelend als je geen reukzin zou hebben. Het gevoel dat wanneer je neusverkouden bent en tijdelijk niets ruikt, maar dan continu. Ben je daarmee geboren, dan weet je niet beter. Ontstaat het in der loop van leven, dan zal ik het echt ervaren als een enorm gemis. Stel je voor; nooit meer de geur van een appeltaart die net uit de oven komt ruiken. Vreselijk toch?
Soms kan je geuren en luchtjes missen als kiespijn.
De geur van poep.
De geur van brand.
De geur van bedorven voedsel.
De geur van afval.
De geur van teer.
De geur van aangebrand eten.
De geur van zweet.
En noem maar op. Genoeg dingen te bedenken. Ook deze zijn persoonlijk.
Het is een kunst om vieze geurtjes niet te ruiken. Maar het is mogelijk. Niet door je neus maar door je mond ademen is zo’n truc. Of kauwgom kauwen tijdens de vieze geurigheid. Het helpt. Het werkt. Jezelf er voor afsluiten, het accepteren. Niet denken van ‘ieuw, het stinkt’. Nee, gewoon nergens aan denken. Dan ruikt het meteen al minder vies. Echt waar.
Goed, waar ik heen wil met dit verhaal? Geen idee eigenlijk. Ik vond mezelf vanochtend na het sporten zo stinken dat ik dacht; daar ga ik eens over schrijven. Over luchtjes. Over stank. En eigenlijk vooral ook over hoe ontzettend blij en gelukkig ik werd van een frisse douche. Een douche met een lekker geurende shampoo en conditioner. En och, mijn douchegel. Het ruikt zo lekker; daar word een mens gelukkig van! Een ultiem geluksmomentje.
Moraal van het verhaal; volg je neus! Of juist niet?
Dus...
©JaneOnira

dinsdag 24 januari 2012

Hij die nooit meer uit haar leven zou verdwijnen


Ze zit op haar fiets. Kriebels in de buik. Een stralende twinkeling in de ogen. Het regent maar het interesseert haar niet. Ze is op weg naar het station. Op weg naar hem. Hij, degene met wie ze al een tijdje contact heeft. Hem, die ze nog nooit gezien heeft.
Ze neuriet een liedje mee. “Een nieuw begin” Het liedje van Aladdin. Omdat het van Disney is. En dat is leuk. En ook hij kan dat waarderen. Ze is blij.
Een aantal weken daarvoor was het begonnen. Beiden schreven ze op een blog. Beiden schreven daar hun gedachten en hersenspinsels neer. Hij wilde bij haar een reactie achterlaten, dat lukte niet. Hij stuurde haar een mail. ‘Discriminatie’. Dat vond zij niet natuurlijk, het was blijkbaar een foutje, niets persoonlijks. Een hele mail uitwisseling begon. Slapen deed ze weinig. Kriebels voelde ze in haar buik. Eten hoefde ze ook niet. Het enige wat ze wilde was zoveel mogelijk thuis zijn en mailtjes bekijken. En beantwoorden.
Op een gegeven moment kwam er een ‘True or Dare’. Ze koos voor ‘Dare’. Ze moest hem bellen. Dat durfde ze niet. Maar goed, het was maar een liedje zingen in zijn voicemail. Nee, dacht ze. Dan knapt hij gelijk op me af. Als er iemand niet kan zingen dan is zij dat wel. Ze had echter de Dare gekozen en moest wel. Ze kon er niet onderuit dat zou zwak zijn. En zo hoorde hij haar stem. Als terugpakactie op het moment dat hij de ‘Dare’ koos mocht hij een liedje in haar voicemail zingen. Weinig origineel. Maar beter goed gejat dan slecht bedacht vond ze. En ze wilde gewoon zijn stem horen, en kon niets anders bedenken.
“Het is zo stil in mij, ik heb nergens woorden voor” klonk het op haar voicemail. Gevolg door een ‘kut, ik ben hem kwijt’. Een glimlach om haar lippen. Leuk.
Kriebels namen toe. Ze hadden elkaars telefoonnummer nu. Hij belde al snel. Het was leuk. Hij praatte veel. Gezellig. Leuk. Een warme gloed welde in haar op.
Op de fiets. In de regen. In alle haast. Onvoorbereid. Een impulsieve actie. Ze zou hem zien. Vandaag. Ze durft eigenlijk niet. Toen hij belde die ochtend had ze nee gezegd. Twee tellen later belde ze terug. Kon haar het schelen, ze ging het gewoon doen. Een nieuw begin. Voor jou en mij? Ergens hoopt ze het.
Spannend is het wel. Ze kent hem tenslotte niet echt. De foto’s, de mailtjes, de telefoontjes, hoe anders zou het in het echt zijn. Op de fiets in de regen.
Daar, daar is het station. Ze belt hem. Voicemail. Dan maar een sms. “Ik ben er” Zenuwen nemen toe. Terug kan ze niet meer. Wilt ze ook niet. En daar, op die zaterdagochtend in het stationsrestaurant, met kriebels in haar buik zag ze hem. Hij die nooit meer uit haar leven zou verdwijnen.
©JaneOnira

donderdag 19 januari 2012

De woorden op papier


Soms word ik ineens gevuld met verlangen. Of met een stroom van liefde. Bepaalde woorden. Een houding. Een blik. Enkele geschreven woorden op een papier. En bam, daar is het. Liefde en verlangen.
Dagen verstrijken. De liefde blijft. Mensen die niets weten. Mensen die alles weten. Mensen met goede adviezen. Mensen met hele slechte adviezen. Iedereen heeft wel een mening. En iedereen bedoeld het goed. Maar ik zit er niet altijd op te wachten.
Het leven is soms zoals het is. Ingewikkeld. Moeilijk. Vol liefde en haat. Pijn en verdriet. Warmte en geluk. Mooie en slechte momenten. Angst en hoop.
Al die emoties die onderdeel maken van je bestaan. Je ziel. Je verstand en gevoel die weleens door elkaar lopen en het roerend met elkaar eens zijn, of juist helemaal niet. Het leven is zoals het is.
Het beste ervan maken. Van dat leven. Dat is wat je kan doen. Dat is wat je moet doen. Inclusief de toppen en de dalen. Het hoort er allemaal bij.
Aandacht, warmte en liefde. Belangrijke ingrediënten voor een gelukkig bestaan. Geluk, wat voor iedereen weer anders is. Zoals iedereen anders is. Zoals iedereen anders denkt en anders voelt. Hetgeen waardoor ieder mens uniek is.
Uniek is, uniek zijn en uniek blijven. Je ware aard. Wat is dat eigenlijk? Ben je wel wie je bent? Of ben je wie je wilt zijn? Of ben je wie anderen denken of vinden dat jij bent?
Levensvragen. Levenservaringen. De ervaringen, hoe goed of slecht ook, die je maken en je vormen. Die je sterker maken omdat je het overwint. Overleefd. Na regen schijnt de zon.
We doen het niet alleen. We doen het samen. Samen bewandelen we het pad wat voor ons ligt. Hoe moeilijk of lang die ook moge zijn. En uiteindelijk komen we in beter vaarwater. Betere tijden komen. En dan is het belangrijk om vooral niet vergeten te genieten.
Genieten. Genieten van de kleine dingen die het leven biedt. Dat ene woord dat zoveel zegt. Die verzameling woorden op het papier wat mij vervult met warmte en liefde.
©Jane Onira

zondag 15 januari 2012

Het gebruik van make-up


Persoonlijk ben ik helemaal geen make-up meisje. Ik loop niet rond met een vol geplamuurd hoofd. Een beetje mascara, soms wat oogpotlood, misschien een lipgloss en dat is het dan wel. Meer hoeft ook niet voor mij. Ik geloof niet dat het zo goed voor je huid is als je die dichtsmeert met allerlei ‘troep’. Ik vind de vrouwen, sorry als ik iemand beledig maar het is mijn mening, die zichzelf vol plamuren en waarvan mijlenver veraf al te zien is dat ze teveel make-up gebruikt hebben, vreselijk lelijk. Nou is teveel natuurlijk nooit goed, en dat geldt zeker ook voor make-up.
Een tijdje geleden volgde ik een visagieworkshop. Niet dat ik dat zelf gekozen had, nee, het was voor een vrijgezellenfeest, dus ach, dan ga je maar mee he? En verassend leuk dat het was! Eerlijk waar. Ik leerde de producten en technieken. Foundation, blusher waren termen die ik wel kende, maar nooit gebruik van maakte. Had ook nooit geweten hoe ik dat zou moeten aanbrengen. Moge duidelijk zijn dat mijn moeder ook geen make-up freak is, dus dan krijg je het automatisch al minder mee.
Sinds die workshop zit ik te twijfelen of ik toch niet eens wat spullen zal aanschaffen. Op zich wel heel leuk. Ik heb gezien en gemerkt wat make-up kan doen. Met het juiste product, kleur en manier van aanbrengen kan je veel bereiken zonder er meteen uit te zien als een barbie-pop. Licht en subtiel. Zodat het niet meteen lijkt alsof je wat ophebt, maar het wel je sterke kanten naar boven haalt. Niet voor alledaags gebruik, dat zou me te ver gaan, maar wel voor verjaardagen, feestdagen of feestjes. Dan is het best leuk. Nooit gedacht dat ik dat zou zeggen.
Echter; make-up is duur. En merk of merk verschilt nogal. Natuurlijk wil je een proefdiervrij, verzorgend en kwalitatief goed product. De juiste kleuren, geschikt voor jouw huid, moeten beschikbaar zijn. Concealer, foundation, blusher, oogpotlood, oogschaduw, mascara, lippenstift, zou je dan ‘even’ moeten aanschaffen. Een rib uit mijn lijf volgens mij. Maar toch, toch is het best leuk. Dus wie weet, op een dag, loop ik er nog volledig verzorgd ge-make-upt bij. De dag dat ik genoeg geld voor mezelf heb gespaard om te denken ‘ja, het mag’. Dan ga ik los. En koop ik het gewoon. Gewoon omdat het dan kan, en omdat ik het wil. Omdat ik mij beter wil voelen op de leuke momenten. Daarom.
©JaneOnira

woensdag 11 januari 2012

De straatnieuwsverkopers


Elke dag staan ze daar. Voor de supermarkt. Zowel aan de ene kant van de ingang van het winkelcentrum, als aan de andere ingang. Op beide hoeken staan ze; de straatnieuwsverkopers.
Met een vriendelijk woord en een knikje word ik altijd gedag gezegd. Ik zeg altijd hallo terug, vol met schuldgevoel want een krantje koop ik nooit.
Zodra ik mijn boodschappen heb gedaan en terug naar mijn fiets loop, passeer ik wederom een van de twee mannen. Weer een vriendelijk knikje. Ik kijk weg. Schaamte. Bah, walgelijk van mezelf.
Ik zou ze iets moeten geven. Het is belachelijk. Al geef ik ze een appel, of een pakje drinken, een euro, wat dan ook. Iets. Ik vind dat ik iets moet geven. Ik voel me steeds schuldiger. Oké, ik ga ook door een moeilijke tijd, ik heb het financieel ook zwaar, maar ik heb nog een dak boven mijn hoofd. Ik heb werk, een warm huis. Ik krabbel er wel weer bovenop. Vast wel. Maar hoe zit dat met deze mannen? Ik woon hier al 1,5 jaar, en al anderhalf jaar staan deze mannen er. Altijd dezelfde. Altijd even vriendelijk en niet opdringerig. De laatste tijd voel ik me steeds meer schuldig als ik langs ze loop. Ik hoop altijd stiekem dat ze er niet staan, of ik doe net alsof er niet zijn. Wat zouden ze wel niet van mij vinden? Als een of andere tuthola die regelmatig boodschappen kan halen, maar niks kan missen voor hen? Voor degenen die het minder hebben? Ze zien iemand die er normaal uitziet, normale kleding heeft, op afgetrapte schoenen loopt dat dan weer wel, en die regelmatig komt om de boodschappen te halen. Als ze goed kijken zien ze dat het vaak bij de Lidl is, en niet de naastgelegen Albert Heijn, maar kan hun dat interesseren. Ze zien niet dat je maandelijks een minimaal bedrag pint waar je die maand alle boodschappen van moet doen. Dat zien ze niet, en dat hoeven ze ook niet te zien. Ik klaag niet, ik heb niets te klagen.
Ik vind alleen dat ik meer zou moeten doen. Ik vind dat ik meer zou kunnen doen. Waarom niet? Waarom ga ik niet meer doen voor de mensen in ons land die het minder dan ik? Ik fiets naar huis, en ik bedenk, ik ga op zoek naar nieuw vrijwilligerswerk en de man bij de supermarkt elke keer dat ik daar kom iets geven. Omdat ik dat wil. Iets doen voor een ander. Als je een iemand niet hebt kunnen helpen, misschien een ander dan wel.
©JaneOnira

donderdag 5 januari 2012

Woorden doen geen pijn


Je kan zeggen wat je wilt. Het raakt me toch niet. Of eigenlijk wel, maar ik doe net alsof het niet zo is. Alsof je woorden geen betekenis hebben. Alsof je woorden niet bestaan. Alsof je woorden niet de lading erachter uitdrukt. Alsof je woorden geen emotie oproept. Alsof ik er niet ben. Alsof jij niet bestaat.
Wie ben jij ook eigenlijk? Helemaal niemand, helemaal niets. Kom je hier om mij bang te maken? Om mij nog meer te laten stressen? Nee, je kwam voor iets anders. Waarom liet je het daar niet bij en moest je dat ook nog zeggen? Waarom kon je het niet daarbij laten?
Wie ben jij eigenlijk? Jij bent niemand. Je weet niet eens alles. Je weet niks. Je maakt het groter dan het werkelijk is. Het is niet waar wat jij zegt. Echt niet. Dat kan niet en dat mag niet. Punt.
De woorden raken me niet. Want het is niet waar. Dat is niet waar. Je hebt ongelijk. Je hebt je niet goed ingelezen. Mag ik wel ‘je’ zeggen eigenlijk? Kan mij het schelen, ik vind je toch waardeloos. Na vandaag hoef ik je niet meer te zien. Nooit meer. En dat is beter ook.
Kom dan ook niet in mijn dromen als brenger van goed nieuws. Want dat ben je niet, dat is wel gebleken. Laat me gewoon met rust. Laat mij mijn leven verder gaan. Bemoei je niet met zaken die jou niets aangaan. Want het gaat jou niets aan. Ik bepaal zelf hoe ik mijn leven invul. En hoe dat leven zal lopen.
Jij bent een nietsnut, een waardeloze zak. Mag ik dat zeggen? Nee, maar ik doe het toch. Want ik vind dat. En dat is mijn mening. Omdat je woorden pijn doen. Maar dat heb jij niet in de gaten. Omdat ik het niet wil geloven. Omdat ik het niet mag geloven en omdat het niet de waarheid is of waarheid gaat worden.
De waarheid is namelijk dat alles goed komt. Dit jaar nog. Echt waar. Ik geloof dat. Ik wil dat geloven. Ik moet dat geloven. Dat is mijn manier om op de been te blijven. Waarom moet je dat verpesten? Waarom moeten de woorden van zo onbelangrijk iemand die mij niet kent en die de situatie niet kent, mij zo krenken? Is dat omdat mijn grootste angst uitgesproken werd? Het is niet reëel. Je hebt ongelijk. Jij weet het fijne niet, jij weet helemaal niets. Jij weet niets van alle omstandigheden. Helemaal niets. Wat deed je hier ook alweer eigenlijk?
Ga gewoon weg. Weg naar die stomme, net zo debiele vriendjes van je. Je hebt gebracht wat ik hebben moest, dus klaar nu, wegwezen. En met deze tekst zet ik jou woorden uit. De woorden die in mijn hoofd continu herhaald werden. Ik zet ze uit. Voorgoed. Die mogen niet meer aan. Tabee.
©JaneOnira